In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt zijn konijnen over het algemeen sterke gezonde dieren. Maar als het fout gaat dan kan het ook snel fout gaan. Dat betekent dat een niet etend konijn voor ons altijd een spoedgeval is en direct moet worden nagekeken.
Gebitsproblemen
De meest voorkomende klacht waarmee konijnen eigenaren naar de dierenartspraktijk komen betreft het gebit. Zoals we hierboven al bespraken ligt de basis van veel gebitsproblemen in de voeding. Soms speelt ook aanleg een rol; bijvoorbeeld bij raar aangelegde snijtanden (olifantstanden). Zijn er eenmaal problemen met het gebit ontstaan dan vergt dat een permanente alertheid van konijnenbaasjes. Zodra het eten weer stagneert moet er weer ingegrepen worden. Nieuwe haakjes die zijn ontstaan dienen te worden weggeknipt of gefreesd, snijtanden kortgeslepen. Let op: knippen mag absoluut niet, dit leidt vaak tot nare fracturen van de tand tot diep in de kaak en deze zijn erg pijnlijk.
Eenvoudige haakjes kunnen zonder sedatie worden bijgewerkt, lastigere behandelingen moeten onder narcose worden uitgevoerd.
Snijtanden die voor steeds terugkerende problemen zorgen kunnen verwijderd worden. Het konijn kan daarna nog steeds uitstekend brokjes eten, maar niet meer een worteltje afhappen. Deze kunt u dan bv. geraspt geven.
Kiezen die ontstoken zijn moeten worden getrokken. Vaak ontstaan vanuit deze kiezen nare abcessen onder de kaak of achter het oog. Het behandelen van deze abcessen zonder dat er verder gezocht wordt naar een onderliggende oorzaak heeft geen zin. Dit betekent dat we bij de behandeling van abcessen altijd foto’s zullen maken van het gebit op zoek naar de boosdoener.
Trommelzucht – maagtympanie
Konijnen kunnen een acute verstopping van de maag oplopen. Dit wordt veroorzaakt door een stukje haar of een zaadje uit de voeding. De maag kan niet meer geleegd worden naar de darmen en loopt heel snel op. Het konijn zit ineens heel stil in een hoekje en wil helemaal niks meer. Soms is er geen sprake van een verstopping of de verstopping is met medicijnen snel te verhelpen. Vaak moeten we het diertje verdoven en met een sonde de maag leeghalen in de hoop dat de verstopping nog in de maaguitgang zit (en dat is gelukkig regelmatig zo). Lukken deze pogingen niet dan is een operatie de enige optie. Het succes valt of staat in elk geval met de snelheid van ingrijpen.
SAS
Over het Secundair Atonie Syndroom kunt u hier lezen. Ook dit presenteert zich vaak als een opgeblazen maagje en kan het konijn erg ziek maken. Gelukkig is deze aandoening goed te behandelen door tijdig inzet van medicijnen. Pijnstillers zijn daar een belangrijk onderdeel van. Al heel snel is er in al deze gevallen ook de inzet van vloeibare voeding nodig die we (u laten) toedienen via speciale voedingspuitjes. Meer hierover leest u hier.
E. cuniculi
Encephalitozoon cuniculi is de moeilijke naam van een parasiet die veel bij konijnen voorkomt en voor veel problemen kan zorgen. 90% van de konijnen is er mee in aanraking geweest, toch wordt maar 10% van deze dieren er ziek van. De reden daarvan is niet bekend. Er is een medicijn die deze parasiet niet kan verdrijven maar wel kan vertragen,
De parasiet besmet bij voorkeur cellen van het zenuwstelsel, de nieren en de ogen. In deze cellen is de parasiet veilig voor allerlei middelen en dan ook niet te doden. Hij plant zich in de cel voort en als de cel kapot barst komen al deze nieuwe parasieten in de bloedbaan vrij en besmetten nieuw cellen.
De symptomen hangen dus af van de plek waar de parasiet zit. Neurologische symptomen zijn: scheve kop, evenwichtsstoornissen. Problemen van de nieren: veel drinken, minder eetlust en vermageren.
In het oog kunnen ontstekingen ontstaan die leiden tot staar of de ontsteking van het regenboogvlies.
Blaasontsteking
Blaasontsteking wordt vrijwel altijd veroorzaakt door voeding dat te veel calcium (kalk) bevat. De hoeveelheid blaasgruis kan zo veel worden dat er stenen ontstaan of veel zandachtige troep. De dieren kunnen hun blaas dan niet voldoende leeg plassen en er ontstaan ontstekingen. Röntgenfoto’s brengen e.e.a. aan het licht. Een blaassteen moet altijd operatief verwijderd worden, zand kan soms door spoelen uit de blaas gespoeld worden. Altijd zal een aanpassing van het dieet nodig zijn.
Abcessen
Abcessen ontstaan vaak aan de kaak als gevolg van een ontsteking van een kieswortel. Los van het vaststellen en de behandeling van de oorzaak moet ook het abces worden aangepakt. Een abces aan de onderkaak wordt opengelegd en vaak opengelaten door de huid aan de rand van de bodem van het abces te hechten, zo kan een eigenaar er nog goed bij om de wond te spoelen en deze rustig te laten herstellen. Wanneer een abces meteen wordt gesloten zien we te vaak dat het weer terugkomt. Deze techniek heet marsupialisatie.
Abcessen achter het oog kunnen zo benaderd worden dat het oog gespaard kan worden. Ook hier wordt de wond aanvankelijk open gelaten zodat de eigenaar de holte steeds kan vullen met een antibioticum zalf.
Wanneer de oorzaak is gevonden en weggenomen is de prognose voor het herstel van een abces gunstig.